Consumenten mogen straks niet meer ter plekke een contract tekenen
Iedereen kent ze wel: verkopers die langs de deuren gaan of op straat proberen je iets te verkopen. Als het aan het kabinet ligt gaat dit veranderen. Zij willen straat- en deurverkoop namelijk aan banden leggen. Verkopers mogen straks niet meer aan consumenten vragen om ter plekke een contract te tekenen. Dat maakte minister van Economische Zaken, Micky Adriaansens, bekend.
Overvaltechnieken
Deurverkopers en verkopers op straat maken vaak gebruik van overvaltechnieken. Daarbij worden mensen met trucjes verleid om snel een contract te tekenen. We hebben allemaal weleens een verkoper voor ons neus gehad die je een krantenabonnement wil verkopen of vraagt om een donatie voor het goede doel. Als je vervolgens tekent, zie je vast aan een contract – tenzij je de moeite neemt deze binnen 14 dagen te annuleren. Uit onderzoek van de Autoriteit Consument en Markt blijkt dan ook dat veel mensen deze verkopers als ‘irritant’ ervaren.
Deze ‘indringende verkoopmethoden’ zijn ook voor de minister een doorn in het oog. “Agressieve deurverkoop treft vooral vaak kwetsbare mensen en ouderen”, stelt Adriaansens. “Je staat te koken, je wordt naar de voordeur getrokken en misschien wel overrompeld, of onder tijdsdruk worden er ingewikkelde dingen aangeboden.”
Nieuwe regels
Tijd voor nieuwe regels, dus. En daarin staat kort gezegd dat straat- en deurverkopers niet meer ter plekke een contract mogen laten tekenen. Een gesprek aanknopen aan de deur of op straat mag nog wel, maar het contract moet vervolgens schriftelijk worden toegestuurd naar de consument. Dit kan zowel via de post als de mail. “Daar moet ook enige tijd tussen zitten, anders kun je alsnog iemand dwingen of onder druk zetten”, legt Adriaansens uit. “En dat wil ik niet, ik wil juist dat je even de tijd hebt om even na te denken of je de koop aan wil gaan.”
Eerlijk speelveld
Regels voor telefonische verkoop zijn drie jaar geleden al aangescherpt. Waar de regels nog niet goed worden nageleefd, gaat het kabinet mee in gesprek. “We hebben in Nederland een vrije markt: je mag dingen aanbieden en iemand mag het dan ook kopen, maar het moet wel een eerlijk speelveld zijn”, aldus de minister. “Je moet wel de informatie tot je kunnen nemen en er even goed over na kunnen denken.”
Lees ook: Winkels op Schiphol stoppen met verkoop plastic waterflesjes
Bron: RTL Nieuws | Beeld: Pexels