Niet te betalen: prijs van zowel huur- als koopwoningen blijft extreem hoog

De prijsstijging voor zowel huur- als koopwoningen zet nog steeds door

De afgelopen paar jaar horen we steeds meer over de hoge prijzen van huur- en koopwoningen. Die prijzen stijgen steeds verder. Bij koopwoningen ontkom je er niet aan om te overbieden, bij huurwoningen liggen de prijzen steeds vaker boven de huurtoeslaggrens. Helaas lijkt daar de komende tijd geen verandering in te komen.

Sociale en particuliere huur

Bij huurwoningen kun je in Nederland onderscheid maken tussen particuliere huur en sociale huur. Hoeveel mensen gemiddeld aan huur betalen binnen de sociale huur, is niet precies bekend. Wel is bekendgemaakt dat de maximale (kale) huurprijs voor een sociale huurwoning in 2022 €763,37 bedraagt. Gemiddeld liggen de prijzen voor zo’n woning tussen de 450 en 760 euro.

Veel mensen verdienen te veel om in een sociale huurwoning te kunnen wonen. Als je alleen woont, mag je maximaal €40.765 verdienen; als je met iemand samenwoont, mag jullie gezamenlijke inkomen niet hoger zijn dan €45.014. Daar komt nog bij dat je tegenwoordig jaren ingeschreven moet staan om kans te maken op een sociale huurwoning. Daarom komen grote groepen mensen bij de particuliere huur uit. Daar ligt de gemiddelde prijs een stuk hoger dan in de sociale huursector. Nederlanders betaalden in het vierde kwartaal van 2021 gemiddeld €1.184 voor hun particuliere huurwoning. Dat is 4,3 procent meer dan het jaar ervoor.

Overbieden bij koopwoningen

Ook bij koopwoningen liggen de prijzen steeds hoger. In het laatste kwartaal van 2021 werd er bij 30 procent van de koopwoningen overboden met een halve ton, blijkt uit onderzoek van de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM). Een jaar eerder was dat bij 5 procent van de woningen het geval. Er wordt gemiddeld bij 80 procent van alle verkochte woningen overboden. Ook wordt gemiddeld 1 op de 20 huizen verkocht voor meer dan een miljoen euro.

Protesten

De woningcrisis roept steeds meer weerstand op. Vorig jaar werden er twee grote woonprotesten georganiseerd, waar duizenden mensen aan deelnamen. Er werd onder andere meer garantie op beschikbaarheid en betaalbaarheid van woningen geëist. Ook werd er opgeroepen om geen tijdelijke huurcontracten meer aan te bieden en de huren te verlagen. Een coalitie van zestien steden heeft het kabinet nu gevraagd om zo snel mogelijk werk te maken van deze problemen. Ze vragen jaarlijks 2 miljard extra van het Rijk om sneller veel woningen te kunnen bouwen.