Gedurende de vijf jaar dat Paul in het nationale park had gewerkt, had hij zijn tijd besteed aan het verbeteren van het leven van de duizenden wilde dieren die er woonden. Een deel van zijn werk bestond uit het omgaan met stropers, die op de dieren wilden jagen om er delen van te verkopen voor veel geld. Dit soort praktijken zijn illegaal, maar het geld trok nog steeds veel stropers aan die rijk probeerden te worden.
Deze stropers waren achter de aap aangegaan…