Zenuwslopende momenten
Emma kon niet geloven wat er net gebeurd was. Ze had de politie gebeld en verteld dat ze in gevaar was. In gevaar vanwege haar man. Haar man van wie ze al zoveel jaren hield. De politieagent vertelde haar dat ze haar adres konden zien en dat ze onmiddellijk zouden komen. Emma raakte een beetje in paniek en er begonnen zweetdruppels op haar voorhoofd te verschijnen. Ze wilde de telefoon niet ophangen en Daniël onder ogen komen, dus mompelde ze maar wat willekeurige woorden om te doen alsof ze nog met haar moeder praatte.
Even later waren in de verte sirenes te horen. Eerst merkte Daniël niets, maar na een tijdje zag ze hem met een doordringende blik naar haar kijken. Hij keek naar het zweet op haar voorhoofd en haar trillende lippen en ze wist meteen dat hij het doorhad. Toen de sirenes dichterbij kwamen en ze de politieauto voor hun huis konden zien stoppen, keek hij haar aan en fluisterde: “Wat heb je gedaan?” Toen stond hij op en besloot te vluchten. Voordat Emma kon bevatten wat er zojuist gebeurde, was hij al weg en rende de achterdeur uit.