Je kunt ze niet voorkomen, maar wel sneller genezen!

Of je krijgt ze nooit, of je zit er altijd onder: blauwe plekken. Sommige blauwe plekken verdwijnen na een paar dagen weer, andere veranderen als een kameleon van kleur en worden eerst blauw, paars en geel voordat ze uiteindelijk verdwijnen. 

De plekken zijn flink ontsierend, dus wel zo fijn om ze zo snel mogelijk kwijt te raken.

Hoe ontstaan blauwe plekken?

Een blauwe plek is het gevolg van een beschadiging aan het bloedvat. Deze beschadiging ontstaat vaak door een harde stoot of klap bij bijvoorbeeld een val. De bloedvaatjes kunnen kneuzen, waarna er bloed uit lekt. Wanneer het lichaam dat bloed op gaat ruimen, ontstaat een rode plek die uiteindelijk blauw, groen en geel kleurt. Daarna verdwijnt de plek. Iedereen heeft weleens last van een blauwe plek, maar mensen met een dunne huid hebben er relatief sneller last van. De bloedvaatjes zijn dan minder goed beschermd tegen klappen of stoten en er zal dan dus eerder bloed gelekt worden.

Genezen is makkelijker dan voorkomen

Een blauwe plek voorkomen is moeilijk, daar je geen invloed hebt op de dikte van je huid. Je kunt natuurlijk voorzichtiger zijn en proberen minder vaak ergens tegenaan te lopen, maar de ontsierende plekken zul je altijd wel hebben. Heb je dan ook nog eens een dunne huid, dan heb je gewoon echt een beetje pech. Gelukkig kun je er wel voor zorgen dat de plekken iets eerder verdwijnen en dit doe je door je huid goed te verzorgen. Dit kun je doen door de volgende tips op te volgen.

Tips

1. Laat de blauwe plek met rust 

Wanneer je de blauwe plek zoveel mogelijk met rust laat, gaat deze als het goed is vanzelf wel weer weg. Je kunt hem een handje helpen door het bloed terug te laten stromen naar het hart. Dit doe je door, als je bijvoorbeeld een blauwe plek op je been hebt, je been hoger te leggen.

2. Koelen! 

Aangezien een blauwe plek een kneuzing is, kun je ‘m het beste eventjes koelen met een icepack of een stel ijsblokjes in een theedoek. Heb je dit niet in huis? Een zak doperwtjes in een theedoek werkt ook als een trein. Door het koelen zullen de bloedvaten samentrekken en zal het bloed minder snel stromen.

3. Verwarmen 

Je zult het misschien niet verwachten, maar de dag erna is het goed om de plek te verwarmen. Ga eventjes in de zon zitten om ervoor te zorgen dat de bloedvaten uitzetten en de bloedsomloop gestimuleerd wordt.

4. Insmeren

Smeer de plek daarna in met arnicazalf. Arnica staat erom bekend de doorbloeding te verbeteren en ontstekingen en zwellingen tegen te gaan. Hierdoor zal de plek sneller herstellen. De zalf is verkrijgbaar bij drogist en apotheek; zorg ervoor dat je ‘m twee keer per dag insmeert.

Lees ook: In juni ervaren we meer stress dan in de andere maanden en dit zijn de herkenbare redenen