Tina stapte naar voren, haar hart bonkte in haar borstkas. “Alsjeblieft, houd afstand,” smeekte ze, haar stem vastberaden maar doorspekt met urgentie. Ze gebaarde naar de beer en zijn metgezel, om aan te geven hoe delicaat de situatie was. Net toen Tina aan het onderhandelen was met de politieagenten, gebeurde er iets totaal onverwachts.
In plaats van aan te vallen, zoals ze gevreesd had, deed de beer iets heel abnormaals. Hij liet zijn kop zakken en legde zijn oren plat. Toen duwde hij zachtjes met zijn snuit tegen Tina’s broek en trok er zachtjes aan, alsof hij iets wilde zeggen. Tina’s hart sloeg een slag over. Ze had agressie verwacht, maar dit gebaar was er een van vertrouwen en wanhoop.