Zoë zat vastgepind onder de krachtige hond, hulpeloos en doodsbang. Ze schreeuwde: ‘AAAAAAH, HELP!’ Haar kreet vol angst galmde luid door de kamer. Het doordringende geluid zette George aan tot actie. Hij rende de kamer in, zijn hart bonkte in zijn oren. Wat hij zag was ongelooflijk – Zoë, doodsbang, vastgehouden door Rex. Adrenaline gierde door George’s aderen en elk instinct dwong hem Zoë te beschermen.
George greep snel de halsband van Rex, zijn greep was sterk van schrik en angst, en trok de hond weg van Zoë. Hij duwde Rex de slaapkamer uit en deed met trillende handen de deur op slot. Nu stond de deur tussen hen en Rex, die plotseling een bedreiging was geworden.