Jacob boog zich over het scherm, zijn kaak strak van vastberadenheid. Hij moest gelijk hebben. De tekenen, de toevalligheden, het was allemaal te veel om te verwerpen. Zijn drone zweefde over het dichte bos, het scherm toonde niets anders dan een eindeloze zee van bomen. Twijfel knaagde aan hem. Was hij geesten aan het najagen?
Toen beweging. Zijn adem stokte toen er iets op de monitor flikkerde. Met bonzend hart zoomde hij in, zijn vingers trilden lichtjes. Daar was het. Koud, onmiskenbaar bewijs. Opluchting gierde door hem heen, maar het was vluchtig. Er was iets mis. Het beeld verscherpte en onthulde een ijzingwekkend detail dat hij niet had verwacht.
Jacobs maag draaide zich om. Zijn triomf sloeg om in angst toen hij verwerkte wat hij zag. Zijn hartslag gonsde in zijn oren en het koude zweet prikkelde op zijn huid. Dit was niet alleen het bewijs dat hij gelijk had, het was iets veel, veel ergers.