“Als er geen bezwaren zijn,” zei de rechter, terwijl hij beide partijen aankeek, “dan is de herziening toegestaan.” Hij maakte een aantekening, zijn pen krassend over het papier. Peters verwarring werd groter, maar hij zweeg en deed de wijziging af als onbelangrijk.
Cindy’s lippen krulden in een flauwe glimlach toen ze de pen pakte om de papieren te ondertekenen. Het koude metaal voelde zwaar in haar hand, maar ze aarzelde niet. Elke streep inkt op de pagina betekende het einde van een hoofdstuk. Ze bewoog met een rustige, weloverwogen vastberadenheid.