Haar hart ging tekeer en ze stamelde: “Dit kan niet waar zijn,” “Dit kan niet waar zijn.” Plotseling ging ze helemaal op in het moment en vergat ze alles om haar heen. Haar collega’s, de andere passagiers en de voorbereidingen voor het instappen verdwenen uit haar gedachten. Ze kon alleen maar naar hem staren.
Hij had dezelfde warme hazelnootkleurige ogen, hetzelfde kastanjebruine haar en zelfs zijn manieren waren identiek. Haar hartslag versnelde terwijl ze bleef staren. Maar dit kon toch niet echt zijn? Dit moest een soort wrede illusie zijn.