Deze stille, nieuwsgierige uitwisseling creëerde een delicate band, die haar ertoe aanzette de beer te volgen tot in de diepten van het bos. Toen Hazel dichter bij de beer kwam, veranderde de schok van de menigte in afkeuring. “Die vrouw is gek geworden!” riepen ze, bezorgdheid vermengend met ongeloof.
Niet ontmoedigd fluisterde Hazel, “Laat maar. Ik doe dit,” en stapte weg van de veiligheid van de bushalte. Hazel duwde zich door takjes en bladeren en stapte het bos in. De bomen leken haar te verwelkomen in een mysterieuze, onbekende wereld.