Jason nam zijn koffie en liep terug naar hun hut, zijn gedachten raasden door elke observatie en aanwijzing. Toen hij binnenkwam, wendde hij zich tot Samantha, met een zachte maar ferme toon. “Blijf in de kamer, Sam. Doe de deur achter me op slot.” Ze keek hem aan, bezorgd in haar ogen.
“Is er iets?” vroeg ze, haar stem nauwelijks fluisterend. Jason glimlachte geruststellend en stak zijn hand uit om haar hand vast te houden. “Alles is in orde,” antwoordde hij kalm. “Ik moet alleen even iets controleren. Vertrouw me, ik los dit op.” Na een korte pauze knikte Samantha en vertrouwde op haar man’s instinct.