Emily merkte dat ze met Tubby praatte alsof ze oude vrienden waren en verder gingen waar ze gebleven waren. “Je liet me echt schrikken, maatje,” grinnikte ze, terwijl ze toekeek hoe de schildpad langzaam knipperde als antwoord. “Ik dacht dat je een geest was of zo!”
Tubby antwoordde natuurlijk niet, maar er lag een zekere wijsheid in zijn stilzwijgen, alsof hij geheimen had die Emily nog moest ontdekken. Misschien, dacht Emily, was het de eenvoud van Tubby’s bestaan die alles weer op scherp zette.