Dr. Wilson was nergens te bekennen en het gevoel dat er iets vreselijk mis was knaagde aan haar binnenste. Ze kon niet zomaar weggaan. “We kunnen niet zomaar weggaan,” zei Susan met een stem vol vastberadenheid. Ruby keek haar bezorgd aan, maar knikte instemmend.
Susan probeerde de voordeur; die zat op slot. Ze draaide een rondje om het huis en testte alle ramen en deuren, maar ze zaten allemaal stevig vast. De frustratie sudderde in haar, maar Susans vastberadenheid bleef onwankelbaar. “Laten we de achtertuin controleren,” drong ze aan, haar vastberadenheid verhevigend.