Het besef kwam als een donderslag bij heldere hemel. Dr. Wilson was geen genezer, hij was een roofdier. Hij had zijn positie gebruikt om schuilplaatsen te verkennen en dieren als Margo te vangen om aan de perverse verlangens van rijke verzamelaars te voldoen.
Susans maag draaide zich om van angst en woede toen de grimmige waarheid zich ontvouwde. Beelden van Duke flitsten levendig door Susan’s hoofd – zijn wanhopig vastklampen, zijn verwoede miauwen – hij had het geweten. Op de een of andere manier had Duke aangevoeld in welk gevaar Margo verkeerde.