John keek naar Heather en verwachtte dat ze zou uithalen, zou schreeuwen of iets zou doen om haar woede te tonen. Maar ze deed niets… Ze leek verrast, maar toch vreemd genoeg vertrouwd met de man. Er ontstond een woordenwisseling, waarbij Heather wanhopig probeerde haar stem te beheersen. Dat was het! John besloot de confrontatie aan te gaan.
“Wat is er in hemelsnaam aan de hand?!” Schreeuwde John naar hen. Heather keek geschokt en ongemakkelijk, haar blik ging nerveus in het rond. Toen John zich naar de man omdraaide, klaar om zijn woede te uiten, werd hij verrast toen de man hem voor was. “Wie ben jij in godsnaam?” vroeg de man. “Dat kan ik jou ook vragen!” Antwoordde John. Heather keek alsof ze wenste dat de grond haar zou opslokken.