Terwijl het voertuig van de stoeprand wegreed, werden haar gedachten in beslag genomen door de taken die voor haar lagen – boodschappen uitladen, eten voorbereiden en de talloze eisen van haar dagelijkse routine in goede banen leiden. De herinnering aan Joe op de stoep vervaagde snel toen ze werd opgenomen in het ritme van haar eigen leven.
Minuten werden een uur en Joe’s toestand verslechterde verder. Zijn ademhaling was oppervlakkig en onregelmatig geworden, elke inademing een strijd tegen de oprukkende duisternis. Zijn pogingen om te bewegen werden steeds zwakker, zijn ledematen reageerden niet meer met de kracht die ze ooit hadden.