Na een paar minuten eten, hield Karen Stephanie weer aan, terwijl ze met een vinger naar haar bord wees. “Is dit wel gaar?” snauwde ze, haar stem luid genoeg om hoofden te doen omdraaien. “Jullie gooien gewoon dingen op een grill en noemen dat eten? Serieus, hier zou ik salmonella van krijgen.” Stephanie’s maag draaide zich om van woede, maar ze forceerde een beleefd knikje.
Ze wierp een blik op de andere gasten, die zich nu zichtbaar ongemakkelijk voelden. Karens kinderen liepen door het restaurant, botsten tegen stoelen en stootten tegen tafels zonder zich er iets van aan te trekken. Maar Karen bleef onoplettend, meer gefocust op het bestuderen van het zoutvaatje en het blaffen naar Stephanie voor meer kruiden.