Precies op dat moment stond Stacey op en viel hem op. Zijn gezicht verstijfde, schok en herkenning vermengden zich toen ze haar hand opstak. “Twintigduizend dollar,” riep ze, haar stem dwars door de stilte heen, standvastig en vastberaden. Er klonk gemompel door de menigte, ongeloof over zo’n laag bod.
De veilingmeester keek om zich heen, wachtend op een hoger bod, maar de zaal bleef stil. Kopers wisselden ongemakkelijke blikken uit en meneer Perkly keek alsof hij was getroffen, niet in staat om te bevatten wat er gebeurde. Niemand durfde haar bod te betwisten, elk gerucht zette het eigendom in een donkerder daglicht.