Rechtop zittend dacht Peter als eerste aan de waarschuwing van mevrouw Henderson. “Ze heeft de deur voor iemand geopend,” mompelde hij, zijn borstkas gespannen. De adrenaline gierde door zijn lijf toen hij stilletjes uit bed glipte, zijn voetstappen voorzichtig op de houten vloer. Hij spande zich in om nog meer geluiden te horen, de angst krulde in zijn maag.
Peter liep op zijn tenen naar het raam dat op de garage uitkeek en trok voorzichtig het gordijn terug. Zijn handen trilden toen hij de omgeving afspeurde, verwachtend een indringer naar binnen te zien glippen. In plaats daarvan zag hij beweging in de buurt van de oprit. Natalie droeg een tas en haar gestalte werd vaag verlicht door de straatlantaarns.