Terwijl de kou van de herfst over de stad kroop, legde George zich erbij neer dat Luna waarschijnlijk voor altijd verdwenen was, hoewel hij nog steeds met vragen zat. Wat kon er die dag gebeurd zijn? Hoe kon een slimme hond als Luna in het niets verdwijnen?
George probeerde zich te concentreren op de zorg voor zijn andere boerderijdieren, die nog steeds op hem vertrouwden voor hun welzijn. Maar hij voelde de afwezigheid van Luna’s vrolijke aanwezigheid terwijl hij zijn klusjes deed.