Ze aarzelde even en keek om zich heen naar de andere verpleegsters en het personeel, hun starende blikken een afspiegeling van haar eigen onzekerheid. Maar iets in haar roerde zich – een onwankelbare overtuiging dat dit geen toevallige ontmoeting was. De eland had haar nodig. Of misschien had iemand anders dat wel.
Ze pakte haar jas en stuurde het bericht naar Peter met een ferme druk van haar duim. Toen stopte ze de telefoon in haar zak en haastte zich achter het dier aan. Haar laarzen knarsten tegen de tegelvloer, het geluid weerklonk luid in de anders zo stille lobby.