Ze volgde een olifant het bos in, maar ze had geen idee dat het tot dit zou leiden.

Net buiten haar gezichtsveld hoorde ze vage stemmen – een zacht gesprek tussen twee mannen, hun toon lui en onbewust. Ze vleide zich tegen een boomstam en luisterde terwijl de woorden dichterbij kwamen.

Langzaam scande ze de grond en zag een kleine, gladde steen tegen een wortel genesteld liggen. Ze reikte naar beneden en pakte het op. Het koele gewicht hield haar vast en herinnerde haar aan wat er op het spel stond. Ze hield haar adem in, leunde om de boom heen en gooide de steen naar de andere kant van het kamp.