Overvallers hebben het gemunt op een veilinghuis, maar ze hadden niet verwacht dat de nachtwaker dit zou doen!

Maar toen Henry achteruit stapte, duwde zijn elleboog per ongeluk tegen een losse stapel bonnetjes op de toonbank, waardoor de papieren van de rand af gleden en over de vloer verspreid werden. Het vage geritsel leek donderend in de stille kamer.

Henry’s ogen sperden zich vol afschuw toe toen hij een blik op de gang wierp; het geluid had de inbrekers gealarmeerd en hun hoofden draaiden zich in zijn richting, hun ogen vernauwend van achterdocht. “Hé! Wie is daar?” blafte een van hen, zijn stem klonk door de stilte heen.