Overvallers hebben het gemunt op een veilinghuis, maar ze hadden niet verwacht dat de nachtwaker dit zou doen!

Henry probeerde zichzelf ervan te overtuigen dat het niets was, misschien gewoon iemands auto die ’s nachts was blijven staan. Maar naarmate de dagen verstreken en het busje op zijn plaats bleef staan, kon hij een sluipend gevoel van onbehagen niet negeren. Om het nog vreemder te maken, was er ook een nieuw gezicht dat hem was opgevallen bij het veilinghuis.

Een man, strak gekleed in een maatpak, was elke dag komen opdagen, schijnbaar om de tentoongestelde items te bewonderen. Het veilinghuis trok vaak een welgesteld publiek, maar deze bezoeker voelde anders. Henry was er zeker van dat hij hem die week elke dag had gezien, uren dwalend door de hallen, met bijzondere aandacht voor bepaalde voorwerpen van hoge waarde.