Anna gluurde om het hoekje toen ze binnenkwamen. Haar moeder lag op het ziekenhuisbed, haar gezicht bleek en haar ogen gesloten. Draden en slangen omringden haar en Anna’s passen vertraagden toen een flikkering van bezorgdheid haar gezicht kruiste. “Gaat het goed met mama?” fluisterde ze.
“Ze is alleen erg moe,” stelde de verpleegster haar gerust, terwijl ze naast haar neerknielde. “Ze heeft heel hard gewerkt om je zusje op de wereld te zetten. Ze zal snel wakker zijn, dat beloof ik. Ondertussen is je zus hier. Wil je haar zien?”