Het koude besef overspoelde haar en deed een rilling over haar rug lopen: ze waren niet alleen. De pandabeer die het ziekenhuis was binnengedrongen en chaos en verwarring had veroorzaakt, maakte deel uit van een groter mysterie dat verborgen lag onder de aarde in deze vergeten put. Terwijl Peters licht danste over de vormen die zich beneden bewogen, riep hij naar haar: “Dit zijn dezelfde wezens, Hana!”
“De pandabeer… misschien leidde hij ons expres hierheen,” zei Peter trillend en zijn woorden weerkaatsten tegen de vochtige wanden van de put. “Het lijkt erop dat hij wilde dat we deze wezens zouden vinden, gevangen hier beneden.” Hana, turend in de duisternis verlicht door de wankele straal van Peters zaklamp, voelde een rilling over haar rug lopen.