Patrick verzamelde alle kalmte die hij nog had en liep naar ze toe. “Pardon,” riep hij, “ik wacht al meer dan twintig minuten op die plek. Kunnen jullie alsjeblieft een andere plek zoeken? Ik ben al laat voor een heel belangrijk etentje.”
De meisjes draaiden zich naar hem om, hun gelach verflauwde toen ze zijn verschijning – zijn versleten pak, zijn bezorgde uitdrukking en zijn oude, gehavende truck – in zich opnamen. De blonde vrouw met de te grote zonnebril op haar hoofd trok een wenkbrauw op.