Binnen was de stilte allesbehalve vredig. Het was dik en drukkend, het hing zwaar in de lucht als een lijkwade. Elk kraken van de oude vloerplanken weergalmde onheilspellend en versterkte de verontrustende sfeer.
Het schemerige licht dat door de stoffige ramen naar binnen viel, creëerde lange, angstaanjagende schaduwen over de rommelige meubels. De kamer zag er oud en verwaarloosd uit, wat het spookachtige gevoel nog versterkte. “Lily?” Riep Jackson, zijn stem kalm maar dringend. Hij keek om zich heen, maar zag het kleine meisje niet.