Jacob knikte, zijn keel strak van emotie. Zijn blik bleef hangen op de oudere vrouw in het gebloemde vest, die dichterbij kwam en hem een welbewuste glimlach schonk. “Nu,” zei ze, haar stem zacht maar indringend, “waarom pak je dat biertje ook niet?” Jacob knipperde geschrokken met zijn ogen. “Wat? Nee, mevrouw, ik kon niet…”
“Onzin,” onderbrak ze, terwijl ze afwijzend met haar hand wuifde. “Iedereen moet af en toe ontspannen. Je hebt genoeg op je bord. Ga maar pakken, dan dekken we dat ook.” De kassière, die nog steeds achter de toonbank stond, glimlachte bemoedigend. “Het staat nog opzij als je het wilt.”