Hij keek om zich heen en vroeg zich af of hij iemand moest raadplegen. Maar wie? Hij voelde zich in het nauw gedreven door zijn eigen dilemma. Het negeren leek onethisch, maar het uitspreken ervan voelde als het laten ontploffen van een bom midden in een feest. Al zijn jarenlange ervaring, al zijn wijsheid over het vastleggen van het ‘beslissende moment’ had hem hier niet op voorbereid.
“Ik wou dat ik het niet kon zien,” dacht hij. Maar het feit was dat hij het had gezien en nu moest hij een keuze maken. De ernst van wat hij had ontdekt drong tot hem door; hij stond op een keerpunt, niet alleen in zijn werk maar misschien zelfs in zijn gevoel van wat goed en fout is. “Wat moet ik nu doen?” wilde hij schreeuwen, maar hij bleef stil. Hij staarde naar zijn camera, zijn hart klopte snel.