Terwijl de middagzon nog steeds fel scheen en warme stralen op de gasten wierp, kon Oliver zijn groeiende twijfels niet van zich afschudden. Hij voelde dat er iets belangrijks stond te gebeuren. Zelfs toen hij de vrolijke menigte, het zonovergoten kasteel en de helderblauwe lucht overzag, bekroop hem een gevoel van onbehagen.
Dus nam hij nog een foto. Het was alsof hij de tijd probeerde stil te zetten, om duidelijke antwoorden te vinden, om vast te houden aan een realiteit die leek weg te glippen.