Lekker lang genieten van de mooie kaarsen
Het is buiten koud, guur en donker. Soms valt er zelfs een enkel sneeuwvlokje. Tijd om het binnen eens lekker warm te maken, zowel qua temperatuur als gevoelsmatig. Wat helpt daarbij? Juist, kaarsen! Al die kleine vlammetjes op tafel zijn altijd zo heerlijk knus en gezellig, maar ze zijn altijd zo vlug opgebrand!
Met deze trucs gelukkig niet meer!
Kaars verzorgen
Verzorg jij je kaarsen wel een beetje goed? We horen je nu intern lachen, want toegegeven: veel meer dan aansteken en uitblazen doen we niet, toch? Dat zouden we dus wel moeten, aldus Julie Bonin. Ze vertelt haar tips aan Independent en er zit zeker wel wat in:
- Laat je kaars de eerste keer dat je ‘m aansteekt twee uur branden. Op die manier voorkom je dat er een diepe kuil vormt in het midden van de kaars. De volgende keer maak je het jezelf veel makkelijker om ‘m aan te steken. Zeker de moeite waard.
- Hou een oogje op de lont. Sommige lontjes hebben de neiging om naar de zijkant van de kaars te ‘zwemmen’. Wil hij dat doen? Duw de lont dan terug als je de kaars uitblaast. Zo blijft de kaars mooi gelijkmatig branden en krijg je geen ophoping van kaarsvet aan de zijkant.
- Zet je kaars ook op een gunstige plek. Als je de kaars op een tochtige plek zet zal hij harder moeten branden en daardoor ook sneller opbranden.
- Een lange lont zorgt ervoor dat je kaars sneller opbrandt. Zorg er dus voor dat je het lontje elke keer een beetje bijknipt. Op die manier blijft je kaars lekker traag branden en kun je er lang van genieten.
Lees ook: Zo maak jij je eigen geurkaarsen
Dit bericht bewaren? Pin ‘m op Pinterest!
Bron: Flair | Beeld: Pxhere