Precies op dat gespannen moment vloog de deur van de kamer open en stormden politieagenten naar binnen, hun voetstappen luid tegen de harde vloer. Ze scanden de kamer snel, hun ogen alert en geconcentreerd, om er zeker van te zijn dat niemand in direct gevaar was. “Iedereen, blijf alsjeblieft kalm!” kondigde een agent aan, zijn stem gezaghebbend maar geruststellend, dwars door de spanning in de lucht heen.
Katie, met een bonzend hart in haar borst, stapte naar voren. “Alsjeblieft, houd afstand,” smeekte ze, haar stem vastberaden maar doorspekt met urgentie. Ze gebaarde naar de wolf en zijn metgezel om aan te geven hoe delicaat de situatie was. Net toen Katie met de agenten aan het onderhandelen was, gebeurde er iets totaal onverwachts…