Ondanks hun twijfels was Katie vastbesloten. “Ik zal voorzichtig zijn,” beloofde ze, terwijl ze langzaam maar zelfverzekerd op de wolf afliep. De agenten, die nog steeds aarzelden, besloten achter te blijven en haar goed in de gaten te houden.
Katie volgde de wolf terwijl hij haar door de gangen van het ziekenhuis leidde. De felle lampen zoemden zachtjes en maakten schaduwen die over de muren bewogen. De wolf liep doelgericht, alsof hij precies wist waar hij heen wilde. Katie voelde haar hart snel kloppen, gedreven door zowel opwinding als nieuwsgierigheid.